Tag Archief van: collega

Durf te kiezen

Durf te Kiezen!

Durf te kiezen

Er zijn van die momenten dat je je onzeker voelt als je voor de klas staat. Die momenten horen er bij; iedere leraar kent ze. 

Ken jij zulke momenten ook?

  • Dat je een vraag stelt aan een leerling en vervolgens een grote mond krijgt.
  • Je denkt dat je je les goed hebt voorbereid, maar wat klaar ligt klopt niet met de inhoud van je les.
  • De leerlingen zijn eindelijk in stilte aan het werk en er vliegt een wesp door het raam naar binnen.
  • Je collega maakt een denigrerende opmerking waarvan je vermoedt dat deze niet als grapje bedoeld is.

    Dit zijn van die momenten waarop de grond onder je voeten lijkt te verdwijnen, je knieën beginnen te knikken en je stem begint te trillen.

Je kunt natuurlijk in huilen uitbarsten en hard wegrennen

Maar je kunt het ook omkeren door de juiste keuze te maken. Pak je zelfvertrouwen terug. Durf te kiezen!

Dat doe je in drie stappen:
1. Je haalt diep adem.
2. Zet je voeten stevig op de grond.
3. Zeg tegen jezelf: “Laat ze maar kletsen, ik ga dit kunnen”.

Het lijkt alsof dit heel lang duurt, maar in werkelijkheid kost het je maar een paar seconden. 

Belangrijker is dat je durft! Durf te kiezen…

Daarna los je het probleem op

  • Je geeft die leerling de keus: alsnog antwoord geven op je vraag of er volgt een consequentie. De leerling mag na schooltijd met je hierover in discussie.
  • ‘Oeps! Ik ben wat vergeten. Sorry allemaal.’ Je past je les aan door te kiezen tussen a) het mondeling vervolgen van je les (laat ze schrijven), b) het materiaal uit te delen en daar mee verder te gaan of c) iets geheel anders te gaan doen. Ook hier is ruimte voor discussie… na schooltijd. Of je laat de leerlingen stemmen. Maar jij kiest.
  • Laat de leerlingen kort gillen, laat ze zich stil en klein maken – ‘Ja zeker, dat helpt’ en daarna onderneem je acties om de wesp te verwijderen cq. dood te (laten) meppen. Of jullie wachten tot ie vanzelf verdwijnt.
    Tegen je collega zeg je neutraal dat je schrikt van die opmerking en je vraagt wat hij of zij daar mee bedoelt. Of je haalt je schouders op en loopt weg.

Durf te kiezen

Kies altijd voor een actie die voor jou goed voelt, maar die je eigenlijk eng vindt. Dat ben je waard, als leraar! En het is heel goed voor je zelfvertrouwen als het lukt.

Lukt het niet meteen?

Dat kan. Soms moet je oefenen. Net als jouw leerlingen. Lezen, schrijven en fietsen kun je ook niet in één keer. Oefening baart kunst. Als je de eerste stap zet en durft, kom je al een heel eind.

Hulp nodig?

Als het goed is kun je hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er helaas niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een kort traject om in balans te komen of een online cursus.

Een nieuw schooljaar, een nieuwe start

Een nieuw schooljaar, een nieuwe start

Het is nog vakantie en het duurt natuurlijk nog eeuwen voor je weer aan school hoeft te denken. Maar soms kruipt het bloed toch waar het niet gaan kan… en dan flitsen er al allerlei ideeën door je hoofd. Om je daarmee op weg te helpen, krijg je van mij alvast tien tips om het nieuwe schooljaar goed te beginnen.

Tien tips om een nieuw schooljaar goed te starten

  1. Neem in de startweek ruim de tijd om te acclimatiseren. Praat lekker met iedereen bij, kijk eens goed om je heen en stel alles uit dat niet meteen hoeft. Of maak een goede planning voor die week.
  2. Bedenk even in welke valkuilen je vorig schooljaar getrapt bent en maak een lijst van zeven goede voornemens voor dit schooljaar. Hang die lijst in je klas of aan de binnenkant van de deur van je locker. Check iedere week of je je er nog aan houdt. (En ja hoor, aanpassen mag…)
  3. Maak alvast mapjes in je e-maibox. Kies namen zoals moet vandaag, misschien later en als ik tijd over heb. Zet inkomende e-mails meteen in de juiste map. Gooi de rest meteen in de prullenbak.
  4. Start in een heerlijk leeg, opgeruimd lokaal. Begin eens met (bijna) kale muren. Er komt nog genoeg aan de muur.
  5. Kijk of je ergens een krijtbord op de kop kunt tikken en hang het in je lokaal. Of laat het door een ander ophangen. Op je digibord kom je altijd ruimte te kort en een krijtbord is voor iedereen goed zichtbaar, het schrijft prettiger en je kunt er bordwerk op maken..
  6. Bedenk nog eens dat multitasken slecht is voor je gezondheid. Doe dus één ding tegelijk en stel prioriteiten.
  7. Verzamel liedjes, filmpjes, quotes en moppen zodat je altijd iets hebt waar je om kunt lachen. Ook met de leerlingen. Humor is onmisbaar voor alle leraren; het houdt jezelf overeind en het versterkt de band met je leerlingen.
  8. Als je geen eigen lokaal hebt: zorg ervoor dat je je thuis voelt in ieder lokaal waar je lesgeeft. Zet een plantje neer, hang een poster(tje) op of zoiets… en doe het op zo’n manier dat het de eigenaar van het lokaal niet opvalt – maar jouw leerlingen wel meteen zien dat het bij jou hoort.
  9. Bedenk welke mooie herinnering van afgelopen vakantie je het hele jaar mee wilt dragen. Een foto of voorwerp kan het je helpen onthouden.
  10. Have fun! Heb plezier! Lach! Geniet! En vier nog even lekker vakantie.

Hulp nodig?

Vraag hulp aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. Het is veel leuker om samen te werken dan alleen.

Als dat er helaas niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Krijg je te weinig begeleiding op jouw school? Overweeg dan eens een kort begeleidingstraject.

Ik help je graag verder, zodat jij sterk voor de klas kunt staan.

Duo-partner

Tips voor een goede samenwerking met je duo-partner

Goed samenwerken met je duo-partner

Als je parttime op een school gaat werken, is het belangrijk om goed af te stemmen met je (toekomstige) duo-partner. Je kent elkaar (nog) niet, maar toch ben je samen verantwoordelijk voor het leren en welzijn van jullie leerlingen. Goede communicatie en afstemming zijn voorwaarden om er samen een leuk en succesvol schooljaar van te maken.

Van te voren:

– Organiseer een gesprek met je toekomstige duo-partner. Trek hier minimaal een uur voor uit.
– Zorg dat je al je vragen hebt opgeschreven.
– Wissel meteen telefoonnummers en e-mailadressen uit.
– Maak meteen een afspraak om bij je duo-partner in de klas te komen kijken – en hij/ zij bij jou.
– Plan samen een uitje (borrel, etentje, wandeling), waarin jullie samen de volgende onderwerpen bespreken:

  1. Wat vinden jullie belangrijk voor jullie leerlingen?
  2. Welke sterke punten en valkuilen hebben jullie?
  3. Wat moet de ander beslist over jou weten?
  4. Wanneer en hoe hebben jullie overleg?
  5. Wat willen jullie bereikt hebben aan het eind van het schooljaar?

Andere bespreekpunten:

Er gelden in het onderwijs veel ongeschreven regels en onuitgesproken verwachtingen. Maak meteen duidelijk dat je nieuw bent en dus helemaal niets weet. Stel je open op, stel vragen.

    • Vraag ook naar:
      – De verwachtingen die jouw nieuwe collega van jou heeft
      – Gebruik van methodes
      – Afnemen van toetsen
      – Communicatie naar ouders en externen
    • – Registratie in Parnassys/ Magister/ Esis (en andere programma’s)

Vergeet deze zaken niet:

  • – Afspraken over roosters en lessen
  • – Het opruimen en netjes houden van het lokaal
  • – Pleinwacht lopen – hoe en wat
  • – Excursies en uitjes
  • – Rapporten
  • – De school- en klassenregels en de consequenties van overtreding
  • – Toiletgebruik
  • – Omgaan met materialen en spullen
  • – Gewenst gedrag (lokaal – gang – plein)
  • – Gebruik digitale middelen
  • – Taken van leerlingen
  • – Plattegrond van het lokaal

En tot slot... heel belangrijk:

Leerlingen en de communicatie met ouders en externen:
o T.a.v. zorg
o Niveauverschillen & differentiëren
o Instructiegroepen

Routines in de klas:
o Luisterhouding
o Instructie
o Leswisselingen
o Nakijken
o Hulpmiddelen

Succes!

Wil je één van onze webinars on demand bekijken? Klik dan HIER

Zoek je een goede coach? Ik heb weer tijd voor een paar nieuwe trajecten. Mail naar judith@sterkeschool.nl en we maken een afspraak voor een gratis en vrijblijvend kennismakingsgesprek.

Heb je al een coach, maar kun je zo nu en dan best wel een steuntje in de rug gebruiken van een externe? Kies dan voor de strippenkaart.

Conflict

Los een conflict op

Los een conflict op - op een handige manier

Meningsverschillen bestaan. Dat is ook prettig. Maar wat als je niet weet hoe je verder moet? Los een conflict op: op een handige manier.

Heb jij ook wel eens een conflict?

 Met je collega, een duo-partner, een ouder, een leerling of je leidinggevende? Of met jezelf?

Het hoeft geen groot conflict te zijn. Misschien is het gewoon een dingetje dat je dwars zit. Een verschil van mening. Een andere werkwijze. Een andere zienswijze.

Het kan natuurlijk ook een echte ruzie zijn. Een groot probleem.

Kijk eens op een andere manier

Het kan heel verhelderend zijn om er eens op een andere manier naar te kijken. Ik heb mij verdiept in diverse methodes en technieken en ik heb de omkeringen van Byron Katie gekozen als uitgangspunt.

Los een conflict op: een stappenplan

1. Zet het conflict op papier in één zin.
Jij en degene met wie je een conflict hebt moeten beiden in de zin staan.

Bijvoorbeeld: X snapt niet dat ik gelijk heb.
Of: Ik weet niet waarom ik steeds te laat kom.
Of: Waarom luisteren de ouders van Y niet naar mij?

2. Lees de zin hardop aan jezelf voor.

3. Stel jezelf de vraag: Ik denk dat. En is het echt waar?
Het antwoord is ja of nee. Geen maren, ennen of misschienen…

4. Dan draai je de zin om.

Bijvoorbeeld: Ik snap niet dat X gelijk heeft.
Of: Ik weet wel waarom ik steeds te laat kom.
Of: Waarom luister ik niet naar de ouders van Y?

5. Lees ook die zin hardop aan jezelf voor.

6. Stel jezelf de vraag: Kan dat ook waar zijn?

7. Zeg niet meteen nee. Denk er eerst eens verder over na.
Je kunt alles wat in je opkomt ook opschrijven, of tekenen, of aan iemand anders vertellen.

8. Daarna laat je het rusten. Je zult merken dat je een volgende keer op een andere manier met diegene omgaat. Signaleer dat.

9. Je kunt deze methode ook gebruiken om conflicten tussen leerlingen op te lossen.

10. Succes!

Meedoen met het volgende webinar van Sterke School? In mei krijg je vijf tips voor het lesgeven in combinatieklassen. Klik hier om je op te geven.

Meer weten over Byron Katie? Lees hier

Grote Opruiming

Grote Opruiming

Grote opruiming

Er komt een nieuw schooljaar aan. We kunnen het oude schooljaar af gaan sluiten en de beste manier om dat te doen is door een grote opruiming te houden. In jouw lokaal. Ergens tussen nu en de zomervakantie. 

Waarom? Omdat:

  1. er zich alweer van alles heeft opgehoopt in jouw lokaal
  2. je denkt dat jouw pennen ergens onder een kast liggen maar je weet niet welke kast
  3. de leerlingen de posters niet meer zien omdat ze er al te lang hangen
  4. de planten er al enige tijd uitzien als moderne kunst
  5. het een heerlijke klus is, die ervoor zorgt dat je het gevoel krijgt dat je het jaar echt hebt opgeruimd

Redenen genoeg dus. En als je er een paar vrijwilligers bij uitnodigt, kun je er meteen een fijne schoonmaakbeurt aan vastknopen.
Opruimen is ook best lekker. Maar hoe en waar begin je?

Oftewel: Ruim je klas op in 10 stappen.

  1. Vraag een collega om het samen te doen. Niet alleen omdat het dan makkelijker is om kasten te verplaatsen, maar ook om punaises aan te geven én om allebei een stok achter de deur te hebben. En twee zien meer dan één alleen. En het is gezelliger met twee.
  2. Ga samen in het midden van het lokaal staan. Draai langzaam een rondje om jullie as en vraag je collega wat er volgens hem of haar allemaal weg of verplaatst moet worden. Jij noteert alles (zonder “ja maar”).
  3. Hang alles wat moet blijven hangen maar wat al langer dan 2 maanden op dezelfde plek hangt op een andere plek. Nu “zie” je die dingen weer.
  4. Haal alles uit je lokaal wat je niet (meer) nodig hebt. Gooi weg, verplaats of verkoop. Zet desnoods een kast op de gang om spullen in te doen.
  5. Maak je eigen bureau leeg. Houd alleen dat wat je echt nodig hebt. Doe alles weg wat je eigenlijk niet nodig hebt. Als je niks wilt weggooien, stop het dan in een doos en zet de doos in een magazijn met jouw naam erop.
  6. Richt je kasten opnieuw in. Maak ze overzichtelijk; bedenk een systeem wat voor jou en je leerlingen werkt. Zet de kasten zo dat de leerlingen er makkelijk bij kunnen en markeer met stickers, zodat de kast netjes blijft. Zorg dat jij je eigen kast of plank hebt.
  7. Vervang de dode planten door nieuwe. Plastic mag ook.
  8. Koop (online) aantrekkelijk uitziende bakken voor papier, leesboeken, losse materialen enzovoort. Zorg dat de maten kloppen met wat er in zit, dat geeft een nette indruk.
  9. Ga op alle leerling-stoelen zitten terwijl je collega voor in de klas iets vertelt. Check of je hem/ haar goed kunt horen en zien. En kijk wat jou “als leerling” helpt of afleidt. Zet alle meubels op een handige plek. Koop iets MOOIS NIEUWS GEKS voor in de klas.
  10. Vier, samen met je collega, dat jullie klaar zijn met de Grote Opruiming! Champagne, taart, bitterballen….

Veel plezier met de grote opruiming

Wil je een webinar terugkijken? Klik dan hier 

Wil je schoonmaaktips voor je huis? Klik dan hier

Drie situaties waarin je als startende leraar een grens moet trekken

Drie situaties bij de deur van het klaslokaal

‘Waarom heb je de notulen nog niet af?’ Ria, de directeur, staat met haar armen over elkaar in de opening van de deur van het klaslokaal. ‘Ik wil ze voor vijven hebben.’ Ze draait zich om en beent met grote passen weg. ‘Vandáág’, klinkt het in de verte.
Berend haalt zijn schouders op en gaat verder met nakijken. Als hij zin heeft doet hij het vanavond thuis en anders niet. Met excuses.

‘Goedemorgen.’ Petra staat bij de deur en kijkt haar leerlingen één voor één in de ogen bij het binnenkomen. Daarna maakt ze een Japanse Buiging.
‘Goedemorgen juf.’ De meeste leerlingen kijken en buigen terug.
Chris stapt zonder boe of ba de klas in. Als hij bij zijn tafel is, kijkt hij achterom.
Petra staat in de deur en wenkt hem met een strenge vinger terug.
Schoorvoetend schuifelt Chris terug naar de deur. ‘Goedemorgen, juf Petra.’
‘Je vergeet iets.’ Petra is onverbiddelijk. Ze buigt opnieuw.
Chris buigt terug. Zuchtend.
Petra glimlacht. ‘Goedemorgen Chris, fijn dat je er nu ook bent.’

‘Selena is weer geslagen vandaag en jij hebt er niks aan gedaan. Wéér niet.’ De moeder van Selena staat met haar armen in haar zij op de drempel.
Gerda legt haar bordpen op haar bureau en loopt rustig naar moeder toe. ‘Komt u even zitten, dan kunnen we even rustig praten.’
Moeder maakt een wegwerpgebaar. ‘Ik wil niet praten, ik wil dat je er iets aan doet.’
‘Ik kan er alleen iets aan doen als u me eerst vertelt wat Selena u heeft verteld.’ Gerda haalt twee stoelen van de tafels af en zet ze – op gepaste afstand – neer. ‘Komt u zitten, dan gaan we samen een oplossing bedenken.’
Moeder gaat zitten.

Als startende leraar is het makkelijk om in bovenstaande situaties anders te reageren dan Berend, Petra en Gerda deden.

Bedenk eens wat er dan gebeurd zou (kunnen) zijn:

Berend roept een verontschuldiging naar Ria en begint meteen aan het uitwerken van de notulen. Dat kost hem meer tijd dan hij dacht. Als Berend eindelijk naar huis gaat, is het nakijkwerk niet af is en heeft hij nog niet alle lessen voorbereid. Hij weet nu niet hoe de leerlingen gewerkt hebben en wat hij morgen nog een keer moet uitleggen.

Petra laat toe dat Chris niet groet en geen buiging maakt. Misschien zegt ze: ‘Morgen wel doen, hè Chris…’ Misschien zegt ze niks en gaat ze door met de andere leerlingen. In ieder geval kun je nu voorspellen dat Petra nu dagelijks strijd zal hebben met Chris. En niet alleen om het groeten bij de deur. Chris weet nu dat hij niet hoeft te doen wat de juf van hem vraagt.

Gerda heeft eigenlijk geen tijd om met de moeder van Selena te praten. Ze weet precies wat er gebeurd is: Selena heeft in de pauze een opmerking gemaakt over de kleren van een klasgenootje. Iets met Zeeman. Het klasgenootje haalde uit.
Gerda vertelt moeder dat de ruzie al is opgelost. Ze heeft nu helaas geen tijd voor moeder, maar binnenkort is het ouderavond en dan kunnen ze verder spreken.
Moeder voelt zich afgescheept en zal ten alle tijden de kant van haar dochter kiezen – tegen Gerda. De volgende keer stapt ze rechtstreeks naar de directeur.

Als startende leraar moet je bij situaties bij de deur van het klaslokaal even nadenken wat op dit moment een handige actie is.

Daar zijn drie denkstappen voor:

1. Wat wil diegene precies van mij?
2. Wat gebeurt er als ik geen tijd voor de ander maak?
3. Wat is op dit moment belangrijker?

Voor het bepalen van wat belangrijker is, kun je deze drie criteria hanteren:

1. Veiligheid (zowel fysiek als emotioneel) gaat vóór alles
2. Het belang van de leraar staat op twee
3. Het belang van de leerling (zowel groep als individueel) komt daarna

Bewaak je grenzen op drie manieren:

1. Je laat merken dat je de ander hebt gehoord en gezien
2. Je vertelt hoe je wilt dat het gaat – oplossingsgericht
3. Je blijft consequent

Ga jij volgend schooljaar starten als leraar of zij-instromer? Dan is het online jaarprogramma misschien wel iets voor jou. Klik hier voor meer informatie

Wil je meer weten over communiceren met ouders? Kijk dan eens hier