Solliciteren in het onderwijs

Effectief solliciteren in het onderwijs

Effectief solliciteren in het onderwijs

Het is weer tijd om te gaan solliciteren in het onderwijs. Het kan zijn dat je ergens werkt waar je helemaal niet gelukkig bent. Of je gaat iedere dag met buikpijn naar school. Dan is het zeker tijd om te solliciteren. Maar misschien wil je wel eens op een andere school kijken, misschien ga je invallen bij een bestuur (en daarvoor moet je tegenwoordig ook vaak een sollicitatiegesprek voeren), of misschien zoek je gewoon jouw eerste echte vaste baan in het onderwijs. Hoe dan ook: nu begint te tijd waarin er steeds meer vacatures verschijnen.

Bereid je goed voor als je gaat solliciteren in het onderwijs

  1. Bekijk de website van de school heel uitgebreid. Lees vooral de visie en de missie. Sluiten ze aan bij jouw ideeën over onderwijs?
  2. Als je de school niet kent: vraag of je van te voren even mag komen kijken als de school in bedrijf is. Loop rond, stel vragen en proef de sfeer. Als dat niet kan: pak de telefoon en stel drie algemene vragen over de school en de vacature.
  3. Iedere school vraagt bepaalde competenties en vaardigheden. Die staan meestal in de vacature – en zo niet, dan kun je ze zelf wel bedenken.
  4. Bedenk praktijkvoorbeelden bij iedere competentie en vaardigheid; het bewijs dat jij die competentie of vaardigheid beheerst. Dit voorbeeld mag ook uit stage- of vrijwilligerswerkervaring komen.
  5. Bedenk van tevoren wat jij bij kunt dragen op deze school; wat ga jij brengen dat zij nog niet hebben?
  6. Welk verschil maak jij voor de leerlingen? Wat maakt jou de beste leraar voor deze klas of vakgroep?
  7. Noteer ook alvast drie mogelijke vragen die je kunt stellen tijdens het gesprek.

Het gesprek

  1. Zorg dat je er verzorgd uitziet; tanden en schoenen gepoetst.
  2. Neem je telefoon niet mee naar binnen of zet ‘m uit.
  3. Accepteer alleen water om te drinken.
  4. Kom precies op tijd.
  5. Geef iedereen een hand en stel je duidelijk verstaanbaar voor. Herhaal de namen van de mensen waar je mee spreekt.
  6. Stel minimaal drie vragen.
  7. Kijk degene aan die jou een vraag stelt en kijk iedereen om de beurt aan bij het beantwoorden van de vraag.
  8. Spreek positief over anderen, ook als je ergens een negatieve ervaring hebt gehad.
  9. Lach! Heb plezier in het gesprek. Onderwijs is leuk!
  10. Je mag zenuwachtig zijn. Dat helpt je om goed te kunnen focussen.

Online solliciteren in het onderwijs

Online solliciteren is momenteel de norm. In principe gelden dezelfde regels als hier boven. Er komt wel een tip bij: test van tevoren je techniek. En je mag je pantoffels aan.

En daarna...

Is het afwachten. Als je niet wordt aangenomen, is het waarschijnlijk een school waar je niet past of waar je nooit gelukkig zult worden. Er is ergens een school waar ze wel op je zitten te wachten; die moet je alleen nog vinden. Word je wel aangenomen? Gefeliciteerd!

Bedenk...

Solliciteren in het onderwijs kan makkelijk zijn. Een school heeft vaak een duidelijk beeld van de persoon die zij zoeken. Als jij in dat plaatje past, hoef je alleen goed over te komen en de baan is voor jou.

Wil je meedoen aan het webinar met handige tips voor invallers? Klik dan hier

Wil je onze gratis cursus Solliciteren in het onderwijs volgen? Klik dan hier

Succes met jouw sollicitatiegesprek 🙂

goede voornemens voor leraren 2021

Zeven goede voornemens voor leraren

Zeven goede voornemens voor leraren

Ook in dit nieuwe jaar horen ze erbij: goede voornemens. Dit jaar heb ik er alvast zeven voor je bedacht… Je hoeft ze alleen uit te printen, ergens op te hangen en uit te voeren: Zeven goede voornemens voor leraren 🙂

  1. Geef je klas(sen) iedere dag minimaal één (klassikaal) compliment.
  2. Delegeer een (terugkomende) klus die je vervelend vindt.
  3. Maak (met je leerlingen) een to-do lijst van drie leuke dingen die jullie de laatste maanden gaan doen, als…..
  4. Organiseer een online quiz of Kahoot, waarin vragen gesteld worden over jou (als leraar) en ook over je leerlingen. Denk aan lievelingskleuren, favoriete hobby, muzieksmaak, enzovoort.
  5. Maak regelmatig een (gratis) sociogram van je klas(sen) op Stoeltjesdans
  6. Ga iedere dag op tijd naar huis.
  7. Doe alleen leuke (werkklussen) thuis; ’s avonds of in het weekend.

Succes enneh… Gelukkig Nieuwjaar!

Doe op woensdag 13 januari om 19.30 uur mee met de gratis online training Timemanagement voor het onderwijs

Heb jij al eens in onze webshop gekeken? 

lind worden van een vakbond

Moet ik lid worden van een vakbond?

Ik ben starter in het onderwijs. Moet ik lid worden van een vakbond?

Deze vraag krijg ik regelmatig en ik vind het een goede vraag! Ik zet alles even op een rijtje.

Wat doet een vakbond?

Een vakbond is er om de rechten van werknemers te beschermen. Zolang jouw rechten niet geschonden worden, hoef je eigenlijk geen lid te zijn van een vakbond.
Maar… op het moment dat jouw rechten geschonden worden (bijvoorbeeld bij een arbeidsconflict) en je bent géén lid van een vakbond dan heb je een probleem. Je staat er in dat geval alleen voor en de enige oplossing is het in de arm nemen van een dure advocaat. Maar als je al lid bent helpt de vakbond je.
Kort door de bocht is een lidmaatschap bij een vakbond vooral een zeer goede rechtsbijstandsverzekering als je in het onderwijs werkt en je een arbeidsconflict krijgt. Je krijgt een goede advocaat toegewezen die alles voor je doet wat nodig is om goed uit het conflict te komen.

Als er een staking is (georganiseerd door de vakbond), krijg je op de stakingsdag geen salaris, maar ontvang je een vergoeding uit de stakingskas van de vakbond.

De vakbond onderhandelt voor jou met werkgevers over de cao. Hierbij behartigen ze ook jouw belangen. Mensen die in (vaste dienst) in het onderwijs werken, hebben te maken met twee zeer actieve bonden (CNV & AOB) en wij hebben daardoor een van de beste cao’s in Nederland. Onderwijspersoneel kan niet makkelijk ontslagen worden; dat hebben we aan de vakbonden te danken.

Als werknemer (al dan niet in vaste dienst) hoor je jouw rechten en plichten te kennen en dus ook je cao (net als ons burgerlijk wetboek). Maar helaas… dergelijke wetten en regels zijn moeilijker te begrijpen dan we eigenlijk willen en ze echt doorgronden is een taaie klus.
Als er iets op school verandert (pauzes, werktijden, taakverdeling, enzovoort), heb je meestal geen zin om de hele cao door te nemen. Je kunt de bond bellen en meteen je vraag stellen, zodat je meteen weet waar je aan toe bent. Ze kunnen je in vrijwel alle gevallen helpen als er problemen ontstaan op school.

De vakbonden hebben hun eigen tijdschrift, waar veel informatie in staat waar je echt iets aan hebt. Tenminste, dat vind ik. Het is van een veel hoger niveau dan, laten we zeggen, de Kampioen.

Als lid heb je recht op allerlei hulpdiensten. Korting op (collectieve) verzekeringen, gratis hulp bij aangifte inkomstenbelasting, leuke boeken, cursussen, scholingen en nog veel meer.

Bij alle bonden kun je terecht als je invaller of OOP bent.

Welke vakbonden zijn er en wat zijn de verschillen?

AOB: de Algemene Onderwijsbond.
Deze staat bekend als “openbaar” en is de grootste onderwijsvakbond. Is altijd als eerste op de hoogte en heeft goede rechtsbijstand. Met veel informatie voor startende leraren.

CNV-onderwijs: de Christelijke Onderwijsbond.
Ook heel groot en met goede rechtsbijstand. Verschilt niet veel van de AOB. CNV organiseert gratis trainingen voor invallers en heeft ook veel informatie voor startende leraren.

UnieNFTO: De bond voor VO, MBO en HBO en dergelijke.
Goede rechtsbijstand en ze hebben veel invloed op inhoudelijke ontwikkelingen.

AVV: van Beter Onderwijs Nederland.
Zij willen de belangen van leraren écht gaan behartigen, maar zij hebben geen rechtsbijstand in geval van een arbeidsconflict. Ze krijgen wel steeds meer invloed op beleid. De luis in de pels.

AVV-kunsteducatie: voor docenten in kunstvakken. 

LIA: Leraren in Actie.
Zijn ontstaan uit onvrede met de huidige grote vakbonden. Met rechtshulp (wel aan criteria gebonden) en enkele scholingen, maar niet zo uitgebreid als van de grote bonden.

FvOv: Vereniging van Onderwijs Vakbonden.
Blijkbaar praten zij ook al jaren mee over de cao’s en ze bieden scholing op het gebied van MR. Verder lijkt het een erg handige site, want al het officiële onderwijsnieuws staat er meteen op, evenals alle cao’s en de aanvullingen daarop. Geen rechtsbijstand.

AVS: Voor schoolleiders.
Uitstekende helpdesk en mogelijkheid tot rechtsbijstand. 

Waarom zou ik lid worden van een vakbond?

  1. Ook al denk je van niet, er is altijd een kans dat je in een arbeidsconflict terecht komt:
    Omdat je tussen wal en schip valt bij een nieuwe cao.
    Omdat de nieuwe leidinggevende en jij elkaar niet liggen.
    Omdat je moet samenwerken met een collega en dat werkt echt niet.
    Omdat het nieuwe bestuur heeft besloten dat je er zomaar uit of naar een andere school moet.

    Als je dan niet lid bent van een vakbond, dan baal je echt. En het onderwijs-arbeidsrecht is dermate anders dan andere arbeidsrechten, dat een gewone advocaat minder voor je kan doen dan een advocaat van de vakbond.
  2. Omdat je het heerlijk vindt om regelmatig een tijdschrift te lezen met nieuws over rechten en plichten in het onderwijs en ook wel wat andere zaken.
  3. Omdat je gratis of voor een klein bedrag scholing kunt krijgen.
  4. Omdat een telefoontje genoeg is om er achter te komen of jouw bestuur of directeur zomaar *** mag doen.
  5. Je krijgt betaald op de eerstvolgende echte stakingsdag.
  6. Je mag een gedeelte van de lidmaatschapskosten aftrekken van de belasting.
  7. En… als je nog op de opleiding zit, betaal je niets of een piepklein beetje.

En waarom zou ik geen lid worden?

  1. Ook een arbeidsconflict overleef je. Je zoekt ergens anders een leuke baan en laat ze hun flauwekul houden. Je hoeft niet altijd genoegdoening te halen.
  2. Een lidmaatschap kost geld.
  3. Er zijn voldoende andere collectieve verzekeringen, leuke boeken en leerzame scholingen in de aanbieding.
  4. Je werkt via een uitzendbureau of detachering. Dan val je onder een andere cao.

Oké. Ik word lid. Welke vakbond zal ik kiezen?

Kies op je gevoel.
Bekijk alle sites en neem degene die bij jou past.

En je kunt natuurlijk lid worden van twee vakbonden. Dan wordt je lid van AOB of CNV voor de zekerheid en kies je daarnaast AVV of LIA omdat jij ook wilt dat er iets gaat veranderen.
En als je een speciaal vak geeft (gym, muziek of je bent IB-er) dan word je natuurlijk (ook) lid van de FOV.

Die laatste site zet je in ieder geval bij je favorieten. Erg handig.

Ik heb geen vaste aanstelling. Is het dan een extra goed idee om lid te worden?

Moeilijke vraag. Ik kan geen ja of nee antwoorden.

De huidige flexwet is een heel groot probleem voor invallers. De bond kan je niet beschermen tegen een bestuur dat jou drie maanden op non-actief zet om je niet in vaste dienst te hoeven nemen.

Gelukkig zijn er steeds meer besturen die flexpools organiseren of detacheringsbureaus in de arm nemen. Als je in een flexpool werkt die onder een bestuur valt, dan val je onder de onderwijs-cao. Dan is het wel handig om lid te worden.

Als je steeds losse dagen invalt bij verschillende besturen, dan zou ik het even aankijken. Lid worden kan altijd nog als je ergens wat vaster zit.

Als je een hele lange tijd (lees: maanden) invalt op een school, kan het wel handig zijn om lid te worden.

Als je voor een detacheringsbureau werkt, dan val je niet onder de onderwijs-cao en heeft een lidmaatschap weinig zin. Behalve natuurlijk als je wel op de hoogte wilt zijn en blijven.

Heb jij nog aanvullingen? Zet ze in het commentaarveld.

Meer weten over vakbonden? Luister dan naar deze podcast van Vrienden van het Onderwijs.

Tien praktische tips voor startende leraren en zij-instromers

Tien praktische tips voor startende leraren en zij-instromers

1. Bereid je goed voor

Laat je rondleiden door de school, maak met iedereen contact en als je een eigen lokaal krijgt, denk dan vast na over de inrichting.
Maak je eigen onderwijsboek, met daarin:
* schoolregels
* klassenregels
* routines
* consequentieladder
* leerlijnen

2. Zorg voor een sterke start

Organiseer de eerste dag/les en de eerste week strak. Bedenk leuke activiteiten om kennis te maken en weet goed wat jouw leerlingen straks van- en over jou mogen weten – en wat niet.

3. Wordt vrienden met het OOP

Als je goed overweg kunt met de conciërge, krijg je altijd hulp als het kopieerapparaat vastloopt. Ook kan je, met enig geluk, zo nu en dan een kopje koffie of thee verwachten.

4. Sta sterk

Stel duidelijke grenzen. Praat vriendelijk met al je collega’s, maar ga niet in op roddel en achterklap. Wees ook vriendelijk voor je leerlingen, maar grijp wél meteen in bij overtredingen.

5. Besef dat je (nog) niet alles kunt

Je hoeft ook nog niet alles te kunnen, en zeker niet alles tegelijk. Iedereen heeft zijn sterke en zwakke punten, jij ook. Kies wat belangrijk is en focus daar op.

6. Zorg dat je plezier hebt

Heb lol in het houden van orde – zie het als een spelletje. Geef je lessen enthousiast en met passie. Verzamel leuke werkvormen en activiteiten.

7. Neem de tijd

Laat je niet opjagen, voorkom dat je wordt overvallen door de waan van de dag. Wat vandaag niet kan dat komt morgen wel. De school loopt niet weg.

8. Maak een jaarkalender

Zorg dat je een goed overzicht hebt van alles wat er moet gebeuren komend schooljaar. Toetsen, feesten, oudercontacten, rapporten, overleggen, excursies… zet alles erop.

9. Vraag om hulp

Als je ergens niet uitkomt vraag je om hulp. Het is handig als dat een vast persoon is. Spaar je vragen op; je collega heeft het óók druk. Spreek een wekelijks vragenuurtje af.

10. Doe het voor de leerlingen

Bouw met al je leerlingen zo snel mogelijk een goede relatie op. Onthoudt hun namen en hobby’s zo snel mogelijk. Wordt géén vriend, maar wel een betrouwbare en duidelijke leraar.

In onze online workshop krijg je nog meer praktische tips en krijg je handige invulformulieren om mee aan de slag te gaan. Klik hier voor meer informatie en opgeven

Wil je aan de slag in jouw klas met de Gouden Weken? Klik dan hier