Mythes in het onderwijs

Mythes in het onderwijs

We horen niet alleen mythes in het onderwijs, we horen en zien overal verhalen die simpelweg onjuist zijn. Ik vind dat een interessant gegeven. Bijvoorbeeld: hoe komt iemand er bij om te beweren dat de aarde plat is?

Geloof je me niet? Kijk maar!

Snap jij het?

Hoe komen weldenkende mensen erbij om te geloven – en te beweren – dat de aarde plat is? Is er ergens ter wereld een aardrijkskundeleraar die haar leerlingen vertelt dat de aarde niet rond is? Ik ben benieuwd. Ik zou graag eens van gedachten wisselen met die leraar.

En ja, ik weet het wel: voor ieder gepubliceerd onderzoek kun je ook een onderzoek vinden dat het tegendeel bewijst. Lang leve het internet. Maar hoe moet ik dan weten wat de waarheid is?

Ligt de waarheid ergens in het midden?

Nee toch? Ik durf te beweren dat ik zeker weet dat de aarde rond is en niet plat en ook niet halfrond. Daar heb ik geen enkele twijfel over. Zo twijfel ik ook niet aan het nut van inenten. Maar dat komt waarschijnlijk omdat ik als kind bijna dood ben gegaan aan de mazelen en ik weet nog goed hoe ik me toen voelde.

Maar als ik eerlijk ben:

  1. heb ik wel heel lang geloofd dat ik geen wiskundeknobbel had – dat zei mijn moeder altijd
  2. dacht ik dat leerlingen verschillende leerstijlen hadden – het was echt een hele leuke lezing die ik daarover gevolgd heb en de spreker was zeer overtuigend
  3. was ik er van overtuigd dat leerlingen druk worden van suiker – ik dacht dat ik daar in de praktijk voldoende bewijs van had gezien

En toen las ik DIT boekje

En wat blijkt?

    1. Kinderen hebben GEEN verschillende leerstijlen. Leerstijlen bestaan niet. Verschillende voorkeuren bestaan wel.
    2. We gebruiken gewoon 100% van onze hersenen (en geen 10%).
    3. Je leert helemaal niks in je slaap. Jammer. Ik leg toch nog steeds een boek onder mijn kussen als ik een toets heb. Baat het niet dan schaadt het niet.
    4. Jongeren worden niet druk van suiker. Het is wel slecht voor hun tanden en vetgehalte.
    5. Je wordt niet (langdurig) slimmer als je naar klassieke muziek luistert (het effect duurt maximaal 15 minuten).
    6. Je denkt niet met een halve hersenhelft. Bij alle taken werken beide hersenhelften samen.
    7. Multitasken werkt slecht. Multitasken kan alleen als één van beide taken volledig geautomatiseerd is en het is altijd effectiever (voor mannen èn vrouwen) als je op één taak focust.
    8. Stressgevoeligheid en veerkracht zijn individueel bepaald dus algemene tips zullen niet werken.
    9. De wiskundeknobbel bestaat niet. Gelukkig maar. Aanleg c.q. talent helpt wel, maar alleen met voldoende oefening (zoals de 10.000-uren regel) word je ergens goed / beter in.

En ook: in de taxonomie van Bloom en de piramide van Maslov is door anderen een ordening aangebracht: beide heren hebben hun schema bedoeld als theoretisch model en niet om toe te passen in de praktijk.

Kort door de bocht

Je kunt dus alles leren, maar alleen door talent + veel oefening kun je een virtuoos worden. Dit is pas echt goed nieuws voor onze leerlingen! En voor mij. Ik bleek uiteindelijk best goed in wiskunde. Alleen weet ik nu dus pas waarom: ik was een brave leerling die haar huiswerk altijd maakte en haar wiskundesommen net zo vaak maakte tot ze snapte hoe het werkte.

Maar even terug naar de vraag

Hoe moet ik er als leraar achter komen wat de waarheid is?

Hoe moet ik mijn leerlingen leren wát de waarheid is en wáár zij die waarheid zelf kunnen vinden?

Dat laatste is onmogelijk. Ook zelf-ontdekkend leren is een mythe in het onderwijs. Maar niet voor alle leerlingen: alleen voor leerlingen met onvoldoende basiskennis. Wij als leraren moeten onze leerlingen zoveel absolute kennis meegeven dat zij voldoende basiskennis hebben om het onderscheid te kunnen maken. Daar komt geen zelf-ontdekking aan te pas.

Hulp nodig?

Je kunt hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Er is een dief in de klas

Er is een dief in de klas

Een dief in de klas: het is mij meer dan eens gebeurd. Ik had een blik met geld in de la van mijn bureau waar de gehele opbrengst van de jaarlijkse kampmarkt in zat. En op een dag was het blik weg. Gestolen. Ik was straal vergeten om de la op slot te doen. 

Wat vind jij?

  • Is het de tijd en de moeite waard om te onderzoeken wie de dief is? 
  • Moet je het melden bij de directie? 
  • Is het slim om aangifte te doen?
  • Breng je alle ouders op de hoogte?
  • Maak je er een grote zaak van? Met een preek over normen en waarden?
  • Vraag je om anonieme tips?

We hebben het geld nooit teruggevonden en de ouderraad heeft het totale bedrag vergoed. Maar toch… 

Stel dat er iets gestolen is van een leerling

Alex (8) had een prachtige brandweerauto (met zwaailicht én sirene) voor zijn verjaardag gekregen. Hij mocht hem demonstreren in de kring en de rest van de dag stond het ding te pronken op de vensterbank. Toen we naar huis gingen en Alex de auto in zijn tas wilde doen, bleek het voertuig spoorloos verdwenen. Alex in tranen, moeder boos en ik had geen idee hoe ik dit moest oplossen.

En wat vind je nu?

  • Is het de tijd en de moeite waard om te onderzoeken wie de dief is? 
  • Moet je het melden bij de directie? 
  • Is het slim om aangifte te doen?
  • Breng je alle ouders op de hoogte?
  • Maak je er een grote zaak van? Met een preek over normen en waarden?
  • Vraag je om anonieme tips?

Laten we eerlijk zijn: de geldelijke waarde van de brandweerauto was een stuk lager dan van mijn geldblik. Maar de emotionele waarde van Alex’ speelgoed lag enorm veel hoger. 

Een uur later kwam er een telefoontje

De moeder van Patries had de brandweerauto in de rugzak van haar dochter gevonden. Patries had nog nooit zoiets moois gezien ‘vooral het zwaailicht, mama…’ en daarom bedacht dat zij de auto wel mee naar huis mocht nemen. De volgende ochtend was de brandweerauto terug op school.

Alex blij, moeder blij, ik blij: zaak gesloten.

Maar wat als de moeder van Patries niet had gebeld?

Hoe had ik dan moeten achterhalen wie de dader was? En zodra ik had ontdekt wie het was… had jij Patries publiekelijk in de klas aan de schandpaal genageld? Natuurlijk niet. Ik ook niet.

Ik heb in de klas uitgelegd wat er precies was gebeurd. Patries mocht vertellen waarom ze de auto zo mooi vond en Alex mocht vertellen waarom hij zo verdrietig was. Maar ja, met acht-jarigen kom je daar wel uit. Met 14-jarigen wordt het toch iets ingewikkelder.

Diefstallen moet je altijd tactisch oplossen

  1. Blijf rustig en beheerst.
  2. Maak bij iedereen bekend dat er is gestolen en wat er is gestolen. Benoem ook de waarde en de schade; zowel financieel als emotioneel. Maak er “een zaak” van.
  3. Benadruk dat stelen niet mag en waarom niet.
  4. Geef ook aandacht aan ‘Waarom mensen wel eens stelen’. Vertel desnoods van die reep chocola die jij eens bij de supermarkt hebt gejat toen je twaalf was.
  5. Geef de dader de kans om zich anoniem te melden.
  6. Zorg voor een veilige manier: als de gesloten waar maar terugkomt.
  7. Doe altijd aangifte bij de politie als het om waardevolle spullen gaat.
  8. Betrek de leerlingen bij het “oplossen van de zaak”.
  9. Benadruk dat niemand gebaat is bij wilde beschuldigingen, dat het vooral gaat om het opheffen van de geleden schade.
  10. Sta nooit toe dat men in het wilde weg namen gaat roepen door de klas.
  11. Vergeet de directie, je collega’s en alle ouders niet in te lichten. Blijf rustig en doe dit pas als je precies weet hoe je verder gaat handelen: houd zelf de regie.
  12. Als je denkt dat je weet wie het gedaan heeft, ondervraag diegene dan onder vier ogen. Stel vragen en toon veel begrip. Zorg voor een veilige, niet-beschuldigende sfeer.

Hulp nodig?

Je kunt hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Ouderwets = uit de tijd … dus weg ermee!

Ouderwets = uit de tijd … dus weg ermee!

Als ik naar het onderwijs kijk vandaag de dag, dan vind ik eigenlijk dat er weinig is veranderd. Meer dan 100 jaar geleden zaten er veel te veel kinderen in een lokaal en er stond een leraar voor die erg zijn best deed om zo goed mogelijk les te geven.
Wat is er dan veranderd?

Nou, oké dan

Techniek is de school ingekomen, met het digibord, de computer en de tablet. We weten meer; er is zoveel meer kennis over leren en onderwijzen. Kinderen hebben een andere rol in het gezin dan 100 jaar geleden. Iedereen heeft een mobieltje. De zaterdag is tegenwoordig een vrije dag. Er zijn meer juffen dan meesters; meisjes hebben iets meer kansen dan toen. AI-ontwikkelingen gaan hard. De maatschappij is veranderd. En gelukkig maar; ik moet er niet aan denken dat alles nog steeds hetzelfde zou zijn als 100 jaar geleden.

Lijfstraffen, ezelskoppen, aparte opdrachten voor meisjes en jongens…

Maar als je nog eens kijkt naar de schoolklassen van toen en van nu…? Op de meeste scholen doen we nog steeds ontzettend ons best om zo goed mogelijk les te geven aan een (te grote) groep leerlingen in een klaslokaal. Betekent dat dan dat het meeste onderwijs per definitie ouderwets is?
Ouderwets vinden we toch een beetje een “vies woord”. Uit de tijd. Achterhaald. Verleden tijd. 

Baanbrekende onderwijsvernieuwingen

  • Onderwijs is niet meer van deze tijd
  • Leraren moeten niet lesgeven maar coachen
  • Leerlingen weten zelf wat goed voor ze is

Het klinkt zo ideaal, vriendelijk, respectvol. Wat zou het toch fijn zijn als dergelijk onderwijs zou werken voor alle leerlingen, ongeacht hun achtergrond en het beroep van hun ouders. Maar helaas… dat is niet zo. 

Er zijn veel te veel leerlingen die te weinig kennis meekrijgen – van huis uit –  om te kunnen weten wat ze zouden willen leren. Deze leerlingen verzuipen op deze vernieuwingsscholen. Net als leerlingen die structuur, helderheid en een goede band met een leraar nodig hebben. Deze vernieuwingsscholen zorgen ervoor dat de kansenongelijkheid alleen maar groter wordt.

Ze mogen van mij wel blijven hoor

Maar kom niet aan met ouderwets. Er zijn echt heel veel ouderwetse dingen die van mij gewoon terug mogen in het onderwijs. En verbeterd mogen worden; want dat kunnen we met de kennis van nu.

Ik pleit er voor om een paar ouderwetse zaken terug te halen in onze klassen. Ouderwets kan dan wel vies klinken, maar deze ouderwetse technieken werken. Ze zorgen ervoor dat onze leerlingen de dingen leren die ze moeten leren. En ik pleit er ook voor om een aantal nieuwe technieken te behouden. Omdat ze goed zijn voor onze leerlingen. Omdat onze leerlingen goed moeten leren lezen, schrijven en rekenen. Juist nu.

Aan welke zaken kun je zo denken?

  1. Leerlingen zijn geen volwassenen. Hun hersenen zijn nog niet volgroeid, dus ze kunnen die nog niet volledig benutten. Ze zijn nog niet in staat om goed-doordachte beslissingen te nemen. Het is de taak van een leraar om ze daar bij te helpen. Een leraar moet heel goed weten wat een leerling wel niet zelf kan beslissen. Een leraar moet duidelijke keuzes bieden.
  2. Het digibord is fantastisch en het moet blijven. Maar hang er alsjeblieft een krijtbord naast; haal dat whiteboard weg. Krijtborden zijn een must voor degelijk schrijfonderwijs en het maken van duidelijke schema’s. Want iedere leerling kan op een krijtbord zie wat er staat; ook de leerlingen die achterin het lokaal zitten. Dat heb ik op een whiteboard nog niemand voor elkaar zien krijgen.
  3. Zorg dat je goed weet wat de leerlingen moeten weten en kunnen: ken je leerlijnen. Leg daar de methode naast. Gebruik de methode als handreiking en nooit als wet. Vertel verhalen.
  4. Leraar zijn is een vak. Er wordt veel van je verwacht en je hebt een enorme verantwoordelijkheid. Gedraag je daar ook naar. Ga terug op je voetstuk; profileer je als deskundig en laat je ook als zodanig betalen.
  5. Tafels stampen. Rijtjes opzeggen. Gemaakte fouten verbeteren. We weten precies op elke manier – en waarom – leerlingen basiskennis het beste opslaan.
  6. Kleuters leren door spelen. Liedjes zingen. Rijmpjes. Bewegen. Voordoen – meedoen – nadoen. Rituelen!
  7. Het is goed om iedere dag te zingen. Ja: met alle leeftijden. Voor mijn part met YouTube en ondertitels, maar zing met je klas minimaal één lied per dag. En zing zelf mee!
  8. Leerlingen hebben knuffels nodig. Geen pandaberen, maar op schoot zitten en een troostende arm horen erbij. Een beetje meer vertrouwen in onze mannelijke collega’s mag best.
  9. Jongens moeten kunnen stoeien en flinke competities houden. Rennen. Duwen. Vechten. Hun kracht en uithoudingsvermogen testen. Spreek wel goed af waar, wanneer en met welke regels.
  10. Leerlingen (en hun ouders) zijn niet van suiker. Je mag ze altijd aanspreken op hun gedrag. Je hoeft je niet te verdedigen; soms heb je gewoon gelijk omdat jij de leraar bent. En als je geen gelijk hebt, geef je dat gewoon toe.

Wil je weten wat de visie van een school voor invloed heeft op het onderwijs en de ontwikkeling van leerlingen?

Lees dan dit boek: Klaskit van Pedro de Bruyckere

Hulp nodig?

Je kunt hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Een schoon schoolplein

Een schoon schoolplein

Een schoon schoolplein zorgt voor rust in de omgeving van de school, helpt tegen vervuiling en is prettiger om op te spelen.

Een beter milieu begint bij jezelf

Sinds een jaar of zes speur ik, iedere keer als ik buiten loop, de grond af op zoek naar zwerfvuil. Lege blikjes, plastic zakken, wikkels van snoeprepen… en iedere keer raap ik minimaal twee dingen op. Ik gooi ze weg in de dichtstbijzijnde vuilnisbak. Dat geeft mij het idee dat ik ook een bijdrage lever aan de vermindering van afval en een beter milieu.
Ik heb het niet zelf bedacht; het stond op Facebook, maar het kost me weinig moeite. Ik denk er ook makkelijk aan.

Vooral bij stadsscholen is het een zooitje

Niet speciaal op het schoolplein, maar wel vaak in de straten er omheen. Het valt me op hoe weinig vuilnisbakken er op straat staan. Rondom die scholen raap ik zoveel afval op dat ik voor zeker een maand mijn taks haal. Ik heb een zak waar ik het zwerfafval in verzamel voor de dichtstbijzijnde vuilnisbak – die niet uitpuilt en waar je geen pasje voor nodig hebt.

Ik zie leerlingen op het plein naar mij kijken

Ze stoten elkaar aan. “Die is gek… dat is toch vies…”  

Dat snap ik niet; ik dacht dat leerlingen het milieu belangrijk vinden. Ze weten ons volwassenen altijd precies te vertellen hoe het moet. Waar zit het pijnpunt? 

Zien leerlingen het verband tussen afval en het milieu?

Is het geen idee om onze leerlingen (ook die van VO en MBO) aan te leren om twee keer per dag – op vrijwillige basis – een paar minuten zwerfvuil te rapen rondom het schoolplein? Het kost geen lestijd en kan gewoon in de pauzes. Prikstokken en vuilniszakken halen bij de conciërge, muziekje aan en gaan. Zo moeilijk is dat toch niet? Alles voor een beter milieu. Ik geloof in druppels op een gloeiende plaat. Gewoon doen.

Hulp nodig?

Je kunt hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Leer je klas “klaar af” te zitten!

Leer je klas "klaar af" te zitten

Klaar Af! is een zeer effectieve techniek uit “Teach like a Champion 2.0” waarmee je ervoor zorgt dat je snel kunt beginnen met je les.
Het is van belang dat je deze techniek iedere les op dezelfde wijze toepast. En daar heel consequent in bent.
Bovendien is deze techniek een soort spel, eventueel zelfs een wedstrijd: leerlingen vinden het leuk en zien het als een uitdaging. En omdat je “klaar af” inzet als leswissel, is er ook nog even de tijd om te kletsen en te lachen.

Hoe werkt de techniek?

  1. Zeg duidelijk en precies wat de leerlingen nodig hebben voor de les – of maak een lijstje met maximaal vijf zaken en gebruik altijd hetzelfde lijstje.
  2. Stel een tijdslimiet in. Je kunt deze tijdslimiet in kleine stapjes verlagen: ‘Top! Kunnen jullie nog sneller?’
  3. Als de tijd om is, zit iedereen klaar: in de gewenste houding en met de benodigde spullen.
  4. Gebruik een kleine standaardstraf – voor leerlingen die niet meewerken. Maak daar weinig gedoe over; geef vooral pluimen aan de leerlingen die wel meewerken.
  5. Geef leerlingen die er tijdig achter komen dat ze iets nodig hebben (pennen/ papier) vervangend materiaal, zonder dat je daar verder consequenties aan verbindt. Gebruik daarbij geen woorden; doe dit terloops.

Belangrijk

Leer de techniek stap voor stap aan; maar begin liever niet op vrijdag.
Op vrijdag toets je hoever de leerlingen zijn met de techniek; een mooi evaluatiemoment.
Als je deze techniek dagelijks toepast op verschillende momenten wordt het vanzelf een routine.
Routines zorgen ervoor dat je beter en effectiever les kunt geven. 

Variaties

  • Een andere optie is om te timen en samen de tijd steeds te verbeteren.
  • Het is leuk om er een competitie van te maken; eventueel met andere klassen.
  • Zorg voor een beloning bij het behalen van een streeftijd of het winnen van een competitie.
  • Zet de techniek ook in bij opruimen.
  • Deze techniek is ook goed te gebruiken voor het controleren en nakijken van (al dan niet) gemaakt huiswerk.
  • Het werkt ook bij het snel veranderen van je klas naar toetsopstelling.

Wil je een voorbeeld zien?

Je ziet een basisschoolklas, maar deze techniek werkt in alle klassen, met leerlingen van 4 tot 99 jaar.

Hulp nodig?

Je kunt hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Begin het nieuwe jaar in een opgeruimd lokaal

Begin het nieuwe jaar in een opgeruimd lokaal

Eerlijk gezegd sta ik wel eens verbaasd over de enorme puinhoop die ik in sommige lokalen zie. Puinhoop in de zin van: Spullen! Spullen met een hoofdletter. 

Volle bakken op de grond, rondzwervende laptops, posters aan de muren met geheugensteuntjes voor alle vakken op het rooster, tijdlijnen, tekeningen, overzichten, regels, roosters…. en ga zo maar door.
Opgestapelde boxen en dozen – soms tot aan het plafond, volle vensterbanken, uitpuilende kasten, rommelige bureaus en vooral: volle tafels van leerlingen. Vol met bakjes, plantjes, waterflessen, rommeltjes en dingetjes.

Soms gezellig, soms niet om aan te zien, maar vooral: een overmaat aan prikkels

Ik krijg er spontaan ADHD van

Als je dagelijks in een overprikkelend lokaal zit, zie je het niet meer. En misschien zijn er leerlingen in jouw klas die er ook geen last van hebben. Maar de meeste leerlingen zijn gebaat met rust en overzicht.
Ik kom meestal in klassen van juffen die moeite hebben met het houden van orde. Het zijn vaak onrustige klassen, met leerlingen die steeds aan het rommelen en kletsen zijn. Er is ook vaak veel gedoe. Als ik de juf dan wijs op de vele prikkels in het lokaal, is dat meestal een eyeopener. Nadat ze het lokaal heeft opgeruimd, zijn haar ordeproblemen vaak al een stuk minder….

Even terzijde: het nut van al die posters aan de muur

Het blijkt dat leerlingen een poster met een geheugensteuntje na een tijdje niet meer zien als ze er niet elke keer opnieuw op gewezen worden; mét instructies over hoe ze de poster moeten zien en gebruiken.

 Ook: veel prikkels in het lokaal maken het een invaller onnodig moeilijk

Soms is een invaller ten einde raad: “Ze luisteren niet, ik kan het niet meer…”.
Een druk lokaal + invaller = extra drukke klas.
Door de drukte is het moeilijker om een band op te bouwen met de leerlingen, waardoor ordeproblemen kunnen ontstaan en de puinhoop nog groter wordt. 
De eigen juf of meester komt terug en treft een nog grotere puinhoop aan. “Die invallers ruimen ook nooit op…”. Dat klopt. Ze wisten niet waar ze moest beginnen, noch waar ze alles moest laten.

Weet je? Ik snap het wel.

Een lokaal is toch een soort huiskamer en je wilt dat het daar gezellig is. Maar ik adviseer je om toch eens anders naar je klas en je lokaal te kijken. En vooral: op te ruimen. Leeg te maken. Ongezellig? Dat hoeft niet. Er zijn andere manieren om leerlingen zich thuis te laten voelen, zonder overprikkeld te worden.

Dus alsjeblieft: zorg voor een opgeruimd lokaal

  1. Zorg dat alle tafels leeg zijn tijdens een instructie. Echt LEEG! Zonder IETS. Dus ook geen pen of plantje of flesje. Leeg is leeg.
  2. Gooi wekelijks wat weg.
  3. Zet kasten op de gang, als je je spullen niet kwijt kunt.
  4. Hang planken (hoog!) op de gang om spullen op te zetten.
  5. Verf je muren in rustige tinten in plaats van alles vol te hangen.
  6. Plantjes in de vensterbank zorgen voor rust én zuurstof.
  7. Zorg voor een of twee muren met plek voor een of twee instructieposters en verwissel die regelmatig.
  8. Zorg voor een plek met informatie voor- en werk van de leerlingen en wissel regelmatig.
  9. Maak deuren in open kasten, of hang er een (effen) gordijn voor.
  10. Houd je lokaal opgeruimd en maak leerlingen medeverantwoordelijk.

Hulp nodig?

Je kunt hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Hoe overleef je een binnenpauze?

Zeven tips voor het overleven van een binnenpauze

Het zijn van die weken met onbestemd weer. Zonnetje, regen, wind… ze wisselen steeds af. Rustig weer met een zonnetje… dat gaat prima op het schoolplein. Leerlingen komen dan opgeladen het klaslokaal weer in.

Maar als het regent… op veel scholen moeten de leerlingen binnen blijven in de aula of in het lokaal. En daar worden leerlingen druk van; ze krijgen dan storm in hun hoofd. En met storm in je hoofd kun je moeilijk leren.

Wat doe jij als jouw klas binnen moet blijven?

Je kunt natuurlijk filmpjes laten zien op het digibord. Of de leerlingen ‘iets voor zichzelf’ laten doen. Spelletjes spelen, tekenen, lezen… leerlingen vermaken zich wel. Met een beetje mazzel kun je zelf even naar het toilet en een kop thee halen.

Als je geen structuur in die vijftien minuten aanbrengt, is de kans groot dat je na drie minuten in moet grijpen, omdat het geluidsvolume te hoog wordt, twee leerlingen ruzie krijgen of omdat Annette ‘zich verveelt’.

Waarom maak je geen routine van een binnenpauze?

Routines zorgen voor rust en duidelijkheid. Als er rust is in de binnenpauze, kan iedereen even bijkomen, met zichzelf bezig zijn en het hoofd leegmaken. En dat geldt ook voor jou.

Een routine betekent niet dat je iedere binnenpauze hetzelfde doet, maar dat de structuur van iedere binnenpauze hetzelfde is.

Routines voorkomen ruzies, onrust en gedoe. We hebben routines voor het binnengaan van het klaslokaal, het geven van een les, het afsluiten van een les, het ophalen en uitdelen van zaken, toiletgang, enzovoort. 

Hoe meer routines je instelt in je les(dag), hoe beter jij les kunt geven en hoe meer de leerlingen leren.

Leraren in VO en MBO: lees toch maar even door, want met wat aanpassingen kun je mijn tips toch gebruiken. De hoofdboodschap is: zorg ervoor dat de leerlingen even niet naar gesproken tekst hoeven te luisteren of op een scherm moeten focussen; dat doen ze al de hele dag. 

Onder- en middenbouwleraren: Maak een vast rooster zodat jullie met je groepen in de speelzaal terecht kunnen als het regent. Kinderen tot 8-9  jaar moeten in de pauze echt even flink kunnen bewegen – en niet alleen kleuters! Het is even puzzelen met je rooster, maar het kan zeker.

Zet wat veilige klimtoestellen (en banken) op, leg zachte ballen en pittenzakken neer en laat ze maar gaan. Zet muziek op: als de muziek stopt moeten alle leerlingen gaan zitten en hun mond houden. Als je dit aanleert, kun je snel en rustig terug naar je lokaal.

Zo maak je van een binnenpauze een relaxmoment voor iedereen

  1. Tijdens het eten en drinken: zet het digibord (en alle andere schermen) alsjeblieft uit en lees voor. Geef daarna twee minuten om met elkaar te praten – dat hebben leerlingen nodig.
  2. Zet alle ramen open. Zit desnoods met jassen aan in de klas. Frisse lucht is noodzaak.
  3. Ook al regent het pijpenstelen: ga toch even met je klas naar buiten. Ren een rondje over het plein met z’n allen en ga dan weer naar binnen. Ik beloof je dat ze het allemaal overleven.
  4. Zet een rustig muziekje op (Satie is altijd zeer geschikt) en geef alle leerlingen een leeg tekenblad en drie willekeurige kleurpotloden. Laat ze tekenen op de muziek – het hoeft niks voor te stellen. 
  5. Doe “drukke” spelletjes op de plaats: pinkelen, steen-papier-schaar, tafeltikkertje, dirigentje, ritmes klappen, alle-vogels-vliegen, enzovoort.
  6. Doe “rustige” spelletjes op de plaats: kinderyoga, een korte meditatie, stoelmassage, groepstellen tot 25, chinees kleven, draai-de-pen, enzovoort.
  7. Zing samen drie liedjes. Eindig met een rustig lied.

Zorg voor een duidelijke overgang naar de volgende les. Als de leerlingen druk zijn, blijven ze dat vaak ook de les daarna. Het is dus zaak om een heldere routine in te slijpen, waarin iedereen klaar is om te beginnen met de les. Sluit de pauze dus duidelijk en helder af.

Hulp nodig?

Je kunt hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Meer spelletjes en activiteiten voor een binnenpauze vind je overal op internet

Koop het boek 101werkvormen Module van Hugo Bakker bij mij. Ook handig voor kampen en studiedagen. Ik heb nog zo’n tien exemplaren liggen. Bij Bol.com betaal je € 20, bij mij slechts € 15,- (inclusief verzendkosten). 

Wil jij dat boek? Stuur me een e-mail: judith@sterkeschool.nl

Durf te kiezen

Durf te Kiezen!

Durf te kiezen

Er zijn van die momenten dat je je onzeker voelt als je voor de klas staat. Die momenten horen er bij; iedere leraar kent ze. 

Ken jij zulke momenten ook?

  • Dat je een vraag stelt aan een leerling en vervolgens een grote mond krijgt.
  • Je denkt dat je je les goed hebt voorbereid, maar wat klaar ligt klopt niet met de inhoud van je les.
  • De leerlingen zijn eindelijk in stilte aan het werk en er vliegt een wesp door het raam naar binnen.
  • Je collega maakt een denigrerende opmerking waarvan je vermoedt dat deze niet als grapje bedoeld is.

    Dit zijn van die momenten waarop de grond onder je voeten lijkt te verdwijnen, je knieën beginnen te knikken en je stem begint te trillen.

Je kunt natuurlijk in huilen uitbarsten en hard wegrennen

Maar je kunt het ook omkeren door de juiste keuze te maken. Pak je zelfvertrouwen terug. Durf te kiezen!

Dat doe je in drie stappen:
1. Je haalt diep adem.
2. Zet je voeten stevig op de grond.
3. Zeg tegen jezelf: “Laat ze maar kletsen, ik ga dit kunnen”.

Het lijkt alsof dit heel lang duurt, maar in werkelijkheid kost het je maar een paar seconden. 

Belangrijker is dat je durft! Durf te kiezen…

Daarna los je het probleem op

  • Je geeft die leerling de keus: alsnog antwoord geven op je vraag of er volgt een consequentie. De leerling mag na schooltijd met je hierover in discussie.
  • ‘Oeps! Ik ben wat vergeten. Sorry allemaal.’ Je past je les aan door te kiezen tussen a) het mondeling vervolgen van je les (laat ze schrijven), b) het materiaal uit te delen en daar mee verder te gaan of c) iets geheel anders te gaan doen. Ook hier is ruimte voor discussie… na schooltijd. Of je laat de leerlingen stemmen. Maar jij kiest.
  • Laat de leerlingen kort gillen, laat ze zich stil en klein maken – ‘Ja zeker, dat helpt’ en daarna onderneem je acties om de wesp te verwijderen cq. dood te (laten) meppen. Of jullie wachten tot ie vanzelf verdwijnt.
    Tegen je collega zeg je neutraal dat je schrikt van die opmerking en je vraagt wat hij of zij daar mee bedoelt. Of je haalt je schouders op en loopt weg.

Durf te kiezen

Kies altijd voor een actie die voor jou goed voelt, maar die je eigenlijk eng vindt. Dat ben je waard, als leraar! En het is heel goed voor je zelfvertrouwen als het lukt.

Lukt het niet meteen?

Dat kan. Soms moet je oefenen. Net als jouw leerlingen. Lezen, schrijven en fietsen kun je ook niet in één keer. Oefening baart kunst. Als je de eerste stap zet en durft, kom je al een heel eind.

Hulp nodig?

Als het goed is kun je hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er helaas niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een kort traject om in balans te komen of een online cursus.

Storend gedrag? Grijp onmiddellijk in!

Storend gedrag aan het begin van het schooljaar

De eerste dagen van een nieuw schooljaar verlopen meestal soepel, zonder veel storend gedrag van leerlingen.
Ze zijn nieuwsgierig – vooral naar jou, ze luisteren naar wat je te zeggen hebt en ze stellen zich welwillend op. 
Jij bruist van de energie, je hebt een lijst met leuke activiteiten en lessen en je houdt na de eerste dag al van ze. 

Maar na een paar dagen lijkt het wel alsof er een knop omgaat...

Rachid roept zomaar door de klas.
Trude en haar buurvrouw zitten steeds aan elkaars haar te frutten.
Floor tikt – als het even stil is – met haar pen op tafel.
Vidya staart uit het raam in plaats van haar opdracht te maken.
Je hoort ergens een scheldwoord – je weet niet wie dat scheldwoord riep, noch voor wie het bedoeld was – en de hele klas verkondigt luidkeels dat zij het niet waren maar dat het toch echt X, Y of Z (vul maar in) was.

En vervolgens duurt het heel lang voor de gemoederen bedaard zijn en je verder kunt met je les.

Waar komt dat gedrag plotseling vandaan?

Natuurlijk is het een open deur, maar leerlingen willen maar drie dingen:

  1. Gezien en gehoord worden – door jou als leraar
  2. Zich veilig voelen – anders is leren onmogelijk
  3. Erbij horen – iedereen, ook een leerling, past zijn gedrag aan aan de normen van de groep

Maar de normen van een groep zijn nog niet vastgesteld; dat gebeurt tijdens de eerste vier tot zes schoolweken. En in die eerste weken gaan de potentiële leiders van de groep met elkaar wedijveren wie de dienst uit mag gaan maken dit schooljaar. 

Het is jouw taak om dat in goede banen te leiden!

  1. Je laat herhaaldelijk en duidelijk merken dat iedereen welkom is en erbij hoort – je luistert, kijkt en reageert respectvol
  2. Jij stelt de normen vast waardoor iedereen zich veilig kan voelen – en deze normen (afspraken) bewaak je consequent
  3. Zo word jij de leider van de groep en zullen alle leerlingen zich gaan aanpassen aan jouw normen – en iedereen hoort erbij

Door consequent, duidelijk en congruent op alles te reageren creëer je rust en veiligheid in de klas. Om zeker te weten dat jij als leraar voor deze veiligheid kunt zorgen, proberen de leerlingen je uit. Ze testen je. 

Als je zakt voor deze test krijg je ordeproblemen

  1. Inconsequent gedrag wordt ingevuld als: Deze leraar luistert niet naar mij/ begrijpt mij niet
  2. Het niet handhaven van afspraken zorgt voor een onveilig gevoel: niemand weet meer waar zij aan toe zijn – en dan neemt de meest agressieve leider de leiding van je over 
  3. Deze agressieve leider bepaalt wie er wel en niet bij mogen horen; de rest wordt meeloper of zondebok – met als resultaat: pesten

Welke reacties werken averechts?

  • Een leerling hardop tot de orde roepen
  • Namen van leerlingen noemen
  • Echt boos worden
  • Op de persoon spelen
  • Dreigen
  • De hele klas straf geven
  • In discussie gaan
  • Waarschuwen

Wat kun je allemaal wel doen?

Er is van alles om uit te proberen:

  • Zend een boze blik naar de dader
  • Kijk omstandig over de rand van je bril (als je die hebt)
  • Loop naar de boosdoener toe en spreek hem onder vier ogen aan
  • Loop door de klas en ga -zonder je verhaal te onderbreken – achter kletsers staan
  • Geef luid en duidelijk complimenten aan de leerlingen die doen wat jij gezegd hebt
  • Vertel altijd welk (zichtbaar) gedrag jij wilt zien
  • Maak een leuke grap over het voorval
  • Leidt de aandacht af (goochelen met aandacht)
  • Wees vanaf de eerste dag duidelijk over de consequenties van storend gedrag en pas deze –  zonder gedoe – meteen toe
  • Verplaats discussies naar buiten schooltijd

Samenvatting

Het roepen van Rachid, het gefrut van Trude en haar buurvrouw, het tikken van Floor en het reageren op elkaar… het zijn testcases. Voor jou als leraar. Zie het ook zo! Het is een teken dat je nu echt aan de bak moet: tijd om onmiddellijk in te grijpen.

Als één leerling storend gedrag vertoont: grijp meteen in.
Leerlingen doen iets anders dan jij wilt: grijp in.
Hoor je storende geluiden en je weet niet van wie: grijp in.

Meteen en adequaat.
En vooral: consequent, rustig en zonder gedoe.

  1. Ik zie dat…
  2. De regel is dat…
  3. De consequentie van dit gedrag is…
  4. Conclusie: Je bent een geweldige leerling, maar je gedrag was storend en ongewenst en daar staat deze consequentie op: …
  5. Je voert de consequentie uit
  6. Herstel de relatie met de leerling

Extra tip: iedere consequentie moet in verhouding staan tot de overtreding.

Leerling hebben recht op zichtbaarheid, veiligheid en iedereen hoort erbij.

Hulp nodig?

Als het goed is kun je hulp vragen aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. 

Als dat er helaas niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Een nieuw schooljaar, een nieuwe start

Een nieuw schooljaar, een nieuwe start

Het is nog vakantie en het duurt natuurlijk nog eeuwen voor je weer aan school hoeft te denken. Maar soms kruipt het bloed toch waar het niet gaan kan… en dan flitsen er al allerlei ideeën door je hoofd. Om je daarmee op weg te helpen, krijg je van mij alvast tien tips om het nieuwe schooljaar goed te beginnen.

Tien tips om een nieuw schooljaar goed te starten

  1. Neem in de startweek ruim de tijd om te acclimatiseren. Praat lekker met iedereen bij, kijk eens goed om je heen en stel alles uit dat niet meteen hoeft. Of maak een goede planning voor die week.
  2. Bedenk even in welke valkuilen je vorig schooljaar getrapt bent en maak een lijst van zeven goede voornemens voor dit schooljaar. Hang die lijst in je klas of aan de binnenkant van de deur van je locker. Check iedere week of je je er nog aan houdt. (En ja hoor, aanpassen mag…)
  3. Maak alvast mapjes in je e-maibox. Kies namen zoals moet vandaag, misschien later en als ik tijd over heb. Zet inkomende e-mails meteen in de juiste map. Gooi de rest meteen in de prullenbak.
  4. Start in een heerlijk leeg, opgeruimd lokaal. Begin eens met (bijna) kale muren. Er komt nog genoeg aan de muur.
  5. Kijk of je ergens een krijtbord op de kop kunt tikken en hang het in je lokaal. Of laat het door een ander ophangen. Op je digibord kom je altijd ruimte te kort en een krijtbord is voor iedereen goed zichtbaar, het schrijft prettiger en je kunt er bordwerk op maken..
  6. Bedenk nog eens dat multitasken slecht is voor je gezondheid. Doe dus één ding tegelijk en stel prioriteiten.
  7. Verzamel liedjes, filmpjes, quotes en moppen zodat je altijd iets hebt waar je om kunt lachen. Ook met de leerlingen. Humor is onmisbaar voor alle leraren; het houdt jezelf overeind en het versterkt de band met je leerlingen.
  8. Als je geen eigen lokaal hebt: zorg ervoor dat je je thuis voelt in ieder lokaal waar je lesgeeft. Zet een plantje neer, hang een poster(tje) op of zoiets… en doe het op zo’n manier dat het de eigenaar van het lokaal niet opvalt – maar jouw leerlingen wel meteen zien dat het bij jou hoort.
  9. Bedenk welke mooie herinnering van afgelopen vakantie je het hele jaar mee wilt dragen. Een foto of voorwerp kan het je helpen onthouden.
  10. Have fun! Heb plezier! Lach! Geniet! En vier nog even lekker vakantie.

Hulp nodig?

Vraag hulp aan een collega, duo-partner, leidinggevende, je schoolopleider of je maatje. Het is veel leuker om samen te werken dan alleen.

Als dat er helaas niet inzit, kun je natuurlijk altijd terecht bij de beste site voor startende leraren: Sterke School

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan en ga voor de strippenkaart, een spoedcursus klassenmanagement of een online cursus.

Krijg je te weinig begeleiding op jouw school? Overweeg dan eens een kort begeleidingstraject.

Ik help je graag verder, zodat jij sterk voor de klas kunt staan.